Vandaag heb ik een dagdienst, ik loop om 7.00 uur de IC binnen. Alles oogt momenteel onder controle. Ik begin te lezen bij de patiënt die mij is toegewezen, systematisch spit ik door het elektronisch patiëntendossier en vergaar ik de benodigde informatie. Ik zorg vandaag voor een patiënt met een abdominale sepsis na een grote darmoperatie, hij is erg ziek. Hij wordt onder narcose gehouden en heeft een beademingsbuis in zijn keel waardoor hij volledig beademd wordt. Kort doe ik een ABCD check (de vitale functies van de patiënt) en bekijk ik de alarmen die zijn ingesteld op de bewakingsmonitor.
Ik draag over met de nachtdienst en check of alle medicatietoedieningen nog juist lopen. Ik pak een heerlijk bakje koffie die de nachtdienst zojuist heeft gezet en verzamel mij met mijn collega’s bij de centrale desk. Kort brengt iedereen zijn patiënt in de groep om te kijken waar de zwaartepunten liggen en of er nog operaties of grote onderzoeken zijn.
Het is 8.00 uur, we beginnen met het wassen van onze patiënten. Voorafgaand aan het wassen neem ik de tijd voor het lichamelijk onderzoek van top tot teen. Verder zijn er veel aanvullende meetwaarden die mij kunnen vertellen hoe het met de patiënt gaat, ik neem de tijd om alles te analyseren. De artsen komen langs voor de visite, we overleggen waar we op dit moment staan in het ziekteproces en wat de te behalen doelen zijn van de dag. Mijn patiënt is dusdanig ziek dat we besluiten dat stabiel houden vandaag ons grootste doel is. De medicijnen die hem kunstmatig in slaap houden continueren we en we gaan kijken of we de medicijnen die de bloeddruk ondersteunen iets kunnen afbouwen. De beademing gaat goed, daar gaan we vandaag niet aan sleutelen. Na het wassen en de artsenvisite hou ik me bezig met de algehele zorg rondom de patiënt. Verschillende apparaten moeten gekalibreerd worden en sommige onderdelen, zoals filters en drukzakken, moeten vervangen worden.