Over de grenzen van het eigen ziekenhuis

Carla Brongers is manager zorg en bedrijfsvoering van de afdeling Anesthesiologie in het UMCG. Van origine is ze opgeleid als verpleegkundige en dialyseverpleegkundige en heeft zich daarna geschoold en gericht op het gebied van opleiding, management en zorglogistiek. Carla vertelt over de samenwerking ‘Zorg voor het Noorden’, waarbij anesthesiemedewerkers gezamenlijk door drie ziekenhuizen worden geworven en opgeleid.

Dit artikel verscheen al in OK-visie.

U bent betrokken bij een initiatief waarin studenten opgeleid worden in verschillende organisaties in Noord Nederland, kunt u hier meer over vertellen?

Inderdaad en ik ben hier enthousiast over! We doen dit via de samenwerking ‘Zorg voor het Noorden’. In dit verband zijn we gestart om de anesthesiemedewerkers gezamenlijk te werven en op te leiden. De overtuiging dat we het niet alleen maar juist met elkaar moeten oppakken speelt een belangrijke rol. We zijn gestart met drie Groningse ziekenhuizen, de OZG, Martini ziekenhuis en het UMCG. In de probleemanalyse kwamen we al snel tot de vraag welk probleem lossen we nu op? De tekorten lossen we niet in één keer op maar we kunnen ons wel gaan inzetten om het rendement van de opleiding te vergroten en te werken aan de toekomstbestendigheid. Ook voor de andere beroepen wordt nadrukkelijk de samenwerking gezocht. De achterliggende gedachte is dat Noord-Nederland zo ook in de toekomst de beste (ziekenhuis)zorg kan blijven bieden. De zorg verandert en de actuele arbeidsmarktvraagstukken in de zorg zijn bekend. Er wordt steeds meer samengewerkt tussen ziekenhuizen en ambulancediensten en het wordt steeds vanzelfsprekender om over de grenzen van de eigen instelling heen te kijken.

Wat was de aanleiding voor deze samenwerking?

Ook wij hebben te maken gehad met een grotere uitstroom van anesthesiemedewerkers dan dat we kunnen laten instromen. De extra mogelijkheden voor de anesthesiemedewerker om zich te kunnen ontwikkelen in de POS of de SPS en de beweging in de arbeidsmarkt spelen daarbij een rol. Vorig jaar rond deze tijd stond de strategische personeelsplanning voor anesthesiemedewerkers op de agenda en hebben we de wens uitgesproken om binnen het samenwerkingsverband de tekorten gezamenlijk met de noordelijke ziekenhuizen op te pakken. Voor de zomer 2018 hebben we als managers, praktijkbegeleiders en de P&O adviseurs van de drie Groningse ziekenhuizen een plan van aanpak gemaakt met als doelstelling de nieuwe wijze van opleiden te introduceren in september 2019. Nu terugblikkend op die periode is er enorm veel werk verzet en constateren we dat we op koers liggen.

We merken dat we in de goede flow zitten met elkaar, erg leuk!
Carla Brongers

Wat betekent deze vorm van opleiden voor de studenten?

De werving en selectie van nieuwe studenten voeren we met de drie huizen gezamenlijk uit. Na de sollicitatieprocedure inclusief een assessment zijn de studenten geplaatst in de ziekenhuizen. Vanaf september 2019 ontvangen studenten een leerroute die de praktijkbegeleiders met elkaar hebben opgesteld. De praktijkbegeleiders hebben bij de planvorming goed in kaart gebracht welke leermomenten in de laag complexe zorg en in de hoog complexe zorg te behalen zijn. De drie verschillende ziekenhuizen bieden allen mogelijkheden voor deze leermomenten, maar de verhouding hoog en laag complex liggen verschillend. De student volgt op basis van detachering een deel van de opleiding in een ander ziekenhuis.

Wat zijn de gevolgen voor de opleidingsziekenhuizen?

Zaken waar we rekening mee houden is dat bijvoorbeeld de nieuwe wijze van opleiden een verandering met zich zal meebrengen voor de werkbegeleiders. Dit nemen we goed mee in het totale proces. We besteden aandacht aan een uniforme wijze van beoordelen en kijken hoe we de voortgang kunnen volgen van de studenten. Maar ook de praktische zaken kunnen er voor zorgen dat een student direct aan de slag kan bij de andere huizen, denk hierbij aan de toegang, dienstkleding, ICT etc.

Wat zijn de ervaringen tot nu toe?

Naast meer inzicht en begrip voor de verschillende praktijken wordt er goed gebruik gemaakt van elkaars deskundigheid. Daarnaast trekken we ook gezamenlijk op met de andere ziekenhuizen binnen het samenwerkingsverband als we in gesprek zijn met het opleidingsinstituut. We bespreken de wensen ten aanzien van de theoriegedeelte en dit levert mooie resultaten op. We hopen natuurlijk dat we de uitval van leerlingen kunnen voorkomen met deze nieuwe vorm van opleiden en dit gaan we uiteraard monitoren.

Voor wie het leuk vindt mijn enthousiasme over dit onderwerp te horen nodig ik van harte uit om contact op te nemen via c.g.s.brongers@umcg.nl